Symptomen | Oplossingen |
|---|---|
Lijnen en strepen alleen op kopieën die via de AOD worden gemaakt. | Er ligt vuil op de glasplaat. Tijdens het scannen komt het papier uit de AOD langs het vuil, waardoor lijnen en strepen ontstaan. Maak alle glasoppervlaken schoon met een pluisvrije doek. |
Vlekken op kopieën die via de glasplaat zijn gemaakt. | Er ligt vuil op de glasplaat. Bij het scannen veroorzaakt het vuil een vlek op het beeld. Maak alle glasoppervlaken schoon met een pluisvrije doek. |
De achterkant van het originele document is te zien op de kopie of scan. | Schakel achtergrondonderdrukking in. |
Het beeld is te licht of te donker. | Pas de instelling Lichter/donkerder of Contrast aan. |
Kleuren zijn niet nauwkeurig. | Kopie: Pas de instellingen voor kleurbalans aan. Scan: Controleer of de juiste origineelsoort is ingesteld. |
Andere problemen met de afdrukkwaliteit die verband houden met de toner en kalibratie. | Als automatische kalibratie is uitgeschakeld, voer dan regelmatig de routine Tonerpatchsensor uit: 1. Selecteer > op het bedieningspaneel van de printer. 2. Selecteer > > . 3. Maak op de pagina Tonersensorkalibratie de nodige aanpassingen aan de automatische Frequentie van de kalibratie. 4. Selecteer Nu kalibreren om een onmiddellijke kalibratie uit te voeren. Tenzij uitgeschakeld om toner te besparen, voert de printer de kalibratie van de Tonerpatchsensor automatisch uit. |
Tonerdonkerheid regelen | Voer de routine Tonerdonkerheid regelen uit: 1. Selecteer > op het bedieningspaneel van de printer. 2. Selecteer > > . 3. Selecteer naar wens de modus Normaal of Donker. |